Brother FAX-1460 Fax Bruksanvisning
Läs nedan 📖 manual på svenska för Brother FAX-1460 Fax (135 sidor) i kategorin Fax. Denna guide var användbar för 16 personer och betygsatt med 4.5 stjärnor i genomsnitt av 2 användare
Sida 1/135

GEBRUIKERSHANDLEIDING
FAX-1355
FAX-1360
FAX-1460
FAX-1560

Als u de klantenservice moet bellen
Vul de volgende gegevens in voor toekomstige
referentie:
Modelnummer: FAX-1355, FAX-1360, FAX-1460 en
FAX-1560
(Omcirkel uw modelnummer)
Serienummer: 1
Aankoopdatum:
Plaats van aankoop:
1Het serienummer bevindt zich op de achterzijde van
het apparaat. Bewaar de gebruikershandleiding
samen met uw kassabon als bewijs van aankoop in
geval van diefstal, brand of service die onder de
garantie valt.
Registreer uw product online op
http://www.brother.com/registration/
Door uw product bij Brother te registreren, wordt u geregistreerd als de
originele eigenaar van het product. Uw registratie bij Brother:
kan eventueel als bevestiging van de aankoopdatum van uw product
dienen, mocht u de kassabon verliezen; en
kan eventueel een verzekeringsclaim van u ondersteunen in geval het
product verloren gaat en door de verzekering gedekt is.
© 2006 Brother Industries, Ltd.

i
Informatie over goedkeuring, samenstelling en
publicatie
DEZE APPARATUUR IS ONTWORPEN VOOR GEBRUIK MET EEN DUBBELDRAADS,
ANALOOG PSTN-SNOER, VOORZIEN VAN EEN PASSENDE CONNECTOR.
INFORMATIE OVER GOEDKEURING
Brother wijst erop dat dit product mogelijk niet goed functioneert in een ander land dan dat waarin
het oorspronkelijk werd aangekocht en biedt geen garantie indien dit product wordt gebruikt op
openbare telecommunicatielijnen in een ander land.
Samenstelling en publicatie
Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder supervisie van Brother Industries, Ltd.
De nieuwste productgegevens en specificaties zijn in deze handleiding verwerkt.
De inhoud van deze handleiding en de specificaties van het product kunnen zonder voorafgaande
kennisgeving worden gewijzigd.
Brother behoudt zich het recht voor om de specificaties en de inhoud van deze handleiding zonder
voorafgaande kennisgeving te wijzigen. Brother is niet verantwoordelijk voor enige schade, met
inbegrip van gevolgschade, voortvloeiend uit het gebruik van deze handleiding of de daarin
beschreven producten, inclusief maar niet beperkt tot zetfouten en andere fouten in deze
publicatie.

iv
Inhoudsopgave
Paragraaf I Algemeen
1 Algemene informatie 2
De documentatie gebruiken...................................................................................2
Symbolen en conventies die in de documentatie worden gebruikt..................2
Overzicht van het bedieningspaneel......................................................................3
2 Documenten en papier laden 6
Documenten laden.................................................................................................6
De ADF gebruiken ...........................................................................................6
Scangebied......................................................................................................7
Normaal papier gebruiken .....................................................................................7
Het juiste afdrukmateriaal kiezen ....................................................................9
Papier laden.........................................................................................................10
Papier laden ..................................................................................................10
Afdrukgebied .................................................................................................12
3 Algemene instellingen 13
Energiebesparende stand....................................................................................13
De energiebesparende stand instellen ..........................................................13
De energiebesparende stand uitschakelen ...................................................13
Energiebesparende stand .............................................................................13
Tijdklokstand........................................................................................................15
Papierinstellingen ................................................................................................15
Papierformaat ................................................................................................15
Volume, instellen .................................................................................................16
Belvolume......................................................................................................16
Volume van waarschuwingstoon ...................................................................16
Luidsprekervolume ........................................................................................16
Automatisch zomertijd instellen ...........................................................................17
LCD-scherm.........................................................................................................17
Contrast van het LCD-scherm .......................................................................17
4 Beveiligingsfuncties 18
Verzendslot (FAX-1355 en FAX-1360) ................................................................18
Het wachtwoord voor het verzendslot instellen en wijzigen ..........................18
Verzendslot in-/uitschakelen..........................................................................19
Geheugenbeveiliging (FAX-1460 en FAX-1560) .................................................19
Het wachtwoord voor geheugenbeveiliging instellen en wijzigen..................20
Geheugenbeveiliging in-/uitschakelen ...........................................................20

v
Paragraaf II Faxen
5 Een fax verzenden 22
Faxmodus instellen..............................................................................................22
Faxen verzenden vanuit de ADF ..................................................................22
Een fax annuleren .........................................................................................22
Groepsverzenden ................................................................................................22
Een groepsverzending annuleren..................................................................23
Extra handelingen bij het verzenden ...................................................................23
Faxen met meer instellingen verzenden........................................................23
Contrast.........................................................................................................23
Resolutie wijzigen..........................................................................................24
Tweevoudige werking....................................................................................24
Direct verzenden ...........................................................................................25
Internationale modus .....................................................................................25
Uitgesteld verzenden.....................................................................................25
Uitgestelde groepsverzending .......................................................................26
Taken in wachtrij controleren en annuleren...................................................26
Faxen handmatig verzenden .........................................................................26
Een fax verzenden aan het einde van het gesprek .......................................27
De melding Geheugen vol .............................................................................27
6 Faxberichten ontvangen 28
Ontvangstmodi.....................................................................................................28
De ontvangstmodus kiezen ...........................................................................28
Ontvangstmodi gebruiken....................................................................................30
Alleen fax.......................................................................................................30
Fax/Telefoon..................................................................................................30
Handmatig .....................................................................................................30
Antwoordapparaat (Ant:ber.centr.) (FAX-1460 en FAX-1560) ......................30
Telefoon/Beantw. (FAX-1355 en FAX-1360).................................................30
Ontvangstmodusinstellingen................................................................................31
Belvertraging .................................................................................................31
F/T-beltijd (alleen Fax/Tel-modus).................................................................31
Fax waarnemen.............................................................................................32
Extra handelingen bij het ontvangen ...................................................................33
Een verkleinde afdruk van een inkomende fax maken..................................33
Faxberichten in het geheugen ontvangen .....................................................33
Een fax ontvangen aan het einde van het gesprek .......................................33
Een fax uit het geheugen afdrukken..............................................................34

vi
7 Telefoon en externe apparaten 35
Telefoongesprekken ...........................................................................................35
Telefoneren (niet voor FAX-1355) .................................................................35
Inkomende gesprekken beantwoorden met de luidsprekertelefoon
(FAX-1460 en FAX-1560)..........................................................................35
In de wacht plaatsen (niet voor FAX-1355) ...................................................35
Toon of puls...................................................................................................36
Fax/Telefoon-modus .....................................................................................36
Fax/Tel-modus in de energiebesparende stand ............................................36
Telefoondiensten .................................................................................................37
Nummerweergave .........................................................................................37
Het type telefoonlijn instellen .........................................................................38
Een extern antwoordapparaat aansluiten............................................................39
Aansluitingen .................................................................................................39
Een uitgaand bericht op een extern antwoordapparaat opnemen.................40
Aansluitingen op meerdere lijnen (PBX)........................................................40
Externe en tweede telefoontoestellen..................................................................41
Een extern of tweede telefoontoestel aansluiten...........................................41
Werken met een tweede toestel ....................................................................41
Werken met een draadloze externe telefoon (niet voor FAX-1560) ..............41
Codes voor afstandsbediening gebruiken .....................................................42
8 Kiezen en nummers opslaan 43
Nummers kiezen..................................................................................................43
Handmatig kiezen ..........................................................................................43
Eéntoetsnummers kiezen ..............................................................................43
Snelkiezen .....................................................................................................43
Zoeken...........................................................................................................44
Faxnummer opnieuw kiezen..........................................................................44
Nummers opslaan................................................................................................44
Een pauze opslaan........................................................................................44
Eéntoetsnummers opslaan............................................................................45
Snelkiesnummers opslaan ............................................................................45
Eéntoetsnummers en snelkiesnummers wijzigen..........................................45
Groepen voor rondsturen instellen ................................................................46
Snelkiesnummers combineren ......................................................................46

vii
9 Digitaal antwoordapparaat (FAX-1460 en FAX-1560) 47
Antwoordapparaatmodus instellen voor intern antwoordapparaat ......................47
Instellen van het antwoordapparaat ..............................................................47
Uitgaand bericht ............................................................................................47
Uitgaand bericht fax/telefoon.........................................................................48
Het geheugen van het antwoordapparaat activeren......................................48
Berichten beheren ..............................................................................................49
Berichtenindicator..........................................................................................49
Ingesproken berichten afspelen ....................................................................49
Faxberichten afdrukken ................................................................................49
Ingekomen berichten wissen .........................................................................49
Verdere instellingen voor het antwoordapparaat .................................................50
De maximumtijd voor inkomende berichten instellen ....................................50
Bespaarstand voor telefoonkosten inschakelen ............................................50
Luidspreker voor inkomende berichten .........................................................51
Gesprekken opnemen (alleen FAX-1460) .....................................................51
10 Afstandsopties 52
Fax doorzenden...................................................................................................52
Fax opslaan .........................................................................................................52
Afstandsopties wijzigen .......................................................................................53
Afstandsopties uitschakelen..........................................................................53
Afstandsbediening ...............................................................................................53
Een toegangscode instellen ..........................................................................53
De toegangscode gebruiken..........................................................................54
Faxberichten opvragen..................................................................................54
Het nummer wijzigen waarnaar faxberichten worden doorgestuurd .............55
Opdrachten voor afstandsbediening....................................................................56
11 Rapporten afdrukken 58
Faxrapporten .......................................................................................................58
Verzendrapport..............................................................................................58
Faxjournaal (activiteitenrapport) ....................................................................58
Rapporten............................................................................................................59
Een rapport afdrukken ...................................................................................59
12 Pollen 60
Ontvang Pollen....................................................................................................60
Ontvang Pollen instellen................................................................................60
Ontvang Pollen met een beveiligingscode instellen ......................................60
Uitgesteld pollen instellen..............................................................................60
Opeenvolgend pollen.....................................................................................61
Verzend pollen.....................................................................................................61
Verzend pollen instellen ................................................................................61
Verzend pollen instellen met beveiligingscode..............................................62

ix
C Menu en functies 97
Programmeren op het scherm.............................................................................97
Menutabel......................................................................................................97
Geheugenopslag ...........................................................................................97
Menutoetsen........................................................................................................98
Tabel met menuopties .........................................................................................99
Tekst invoeren ...................................................................................................105
D Specificaties 106
Algemeen ..........................................................................................................106
Afdrukmedia.......................................................................................................108
Fax.....................................................................................................................109
Digitaal antwoordapparaat (FAX-1460 en Fax-1560)........................................110
Digitale Draadloze Hoorn (FAX-1560)...............................................................111
Draadloze telefoon (BCL-D20) ....................................................................111
Batterij .........................................................................................................111
Kopiëren ............................................................................................................112
Verbruiksartikelen..............................................................................................113
E Verklarende woordenlijst 114
F Index 118

x

2
1
De documentatie
gebruiken 1
Dank u voor de aanschaf van een Brother-
machine! Door het lezen van de
documentatie zult u optimaal gebruik kunnen
maken van alle functies van de machine.
Symbolen en conventies die
in de documentatie worden
gebruikt 1
In de documentatie worden de volgende
symbolen en conventies gebruikt.
Algemene informatie 1
Vet Vetgedrukte tekst identificeert
specifieke toetsen op het
bedieningspaneel van de
machine.
Cursief Cursief gedrukte tekst legt de
nadruk op een belangrijk punt
of verwijst naar een verwant
onderwerp.
Courier
New
Tekst in het lettertype Courier
New geeft de meldingen op het
LCD-scherm van de machine
weer.
Waarschuwingen vestigen uw
aandacht op maatregelen die u moet
treffen om te voorkomen dat u letsel
oploopt.
De pictogrammen Elektrisch Gevaar
waarschuwen u voor een mogelijke
elektrische schok.
Deze waarschuwingen wijzen u op
procedures die u moet volgen om te
voorkomen dat de machine of
andere voorwerpen worden
beschadigd.
Opmerkingen leggen uit hoe u op
een bepaalde situatie moet
reageren, of hoe de bewerking met
andere functies werkt.
Het pictogram Onjuiste Configuratie
waarschuwt u voor apparaten en
bewerkingen die niet compatibel zijn
met de machine.

Algemene informatie
3
1
Overzicht van het bedieningspaneel 1
FAX-1360 1
FAX-1460 1
2
1
0
6
1
7
8
9
1
1
3
5
4
2
1
0
6
1
7
8
9
1
1
1
3
12
3
5
4

Hoofdstuk 1
4
FAX-1560 1
1 LCD-scherm (Liquid Crystal Display)
Op het LCD-scherm verschijnen berichten die
u helpen bij het instellen en gebruiken van uw
machine.
2 Eéntoetsnummers
Bieden direct toegang tot uw opgeslagen
snelkiesnummers.
Shift
Als u deze toets ingedrukt houdt, krijgt u
toegang tot de ééntoetsnummers 6 tot 10.
3 Faxtoetsen
Herkies/Pauze
Hiermee kiest u het laatst gekozen nummer
opnieuw. Deze toets wordt tevens gebruikt
voor het invoegen van een pauze in
snelkiesnummers.
Resolutie
Hiermee kunt u tijdelijk de resolutie wijzigen
bij het verzenden van een fax.
Telefoon (FAX-1355)
Deze toets wordt gebruikt voor een
telefoongesprek nadat de externe handset
met het dubbele belsignaal is opgepakt.
Intern (FAX-1355)
Gebruik deze toets om toegang te
verkrijgen tot een buitenlijn of om een
telefoontje over te zetten naar een ander
toestel dat ook op de PBX is aangesloten.
Telefoon/Intern (alleen FAX-1360)
Gebruik deze toets om toegang te
verkrijgen tot een buitenlijn of om een
telefoontje over te zetten naar een ander
toestel dat ook op de PBX is aangesloten.
Wacht (FAX-1360 en FAX-1460)
Hiermee plaatst u het huidige
telefoongesprek in de wacht.
Luidspreker (FAX-1460 en FAX-1560)
Hiermee kunt u een telefoongesprek
voeren zonder de hoorn op te nemen.
Wacht/Intercom (FAX-1560)
Hiermee plaatst u het huidige
telefoongesprek in de wacht.
Druk ook op deze toets om een gesprek te
voeren via de intercom of om een
inkomend gesprek over te zetten naar de
draadloze telefoon.
2
1
0
6
1
7
8
9
1
1
1
3
12
3
5
4

Algemene informatie
5
1
4Inkt
Met deze toets kunt u de printkoppen reinigen,
en de afdrukkwaliteit en de hoeveelheid inkt
controleren.
5 Kopieertoets
Kopie Opties
Hiermee kunt u tijdelijk meerdere
kopieerinstellingen wijzigen wanneer de
kopieermodus is ingeschakeld.
6 Kiestoetsen
Met deze toetsen kunt u telefoon- en
faxnummers kiezen. Ze kunnen ook als
toetsenbord worden gebruikt om informatie in
de machine in te voeren.
Met de toets # kunt u tijdens een oproep de
kies modus tijdelijk veranderen van Puls naar
Toon.
7 Menutoetsen:
Menu
Hiermee opent u het menu om instellingen
te programmeren in de machine.
a Zoeken/Snelkiezen
Hiermee kunt u nummers opzoeken en
kiezen die in het geheugen zijn
opgeslagen.
b Intern (FAX-1460 en FAX-1560)
Gebruik deze toets om toegang te
verkrijgen tot een buitenlijn of om een
telefoontje over te zetten naar een ander
toestel dat ook op de PBX is aangesloten.
Volumetoetsen
d c
In de faxmodus kunt u met deze toetsen het
belvolume aanpassen.
d
Druk op deze toets om achteruit door de
menuopties te schuiven.
a of b
Druk op deze toets om door de menu's en
opties te bladeren.
Wis/terug
Druk op deze toets om de huidige instelling
te annuleren.
OK
Hiermee kunt u instellingen opslaan in de
machine.
8 Start
Met deze toets start u het faxen of maakt u
kopieën in zwart-wit.
9 Stop/Eindigen
Met deze toets stopt u een bewerking of verlaat
u het menu.
10 Spaarstand
Hiermee stelt u de energiebesparende stand
in.
11 Modus-toetsen:
Fax
Voor het faxen van documenten.
Kopie
Voor het kopiëren van documenten.
12 Microfoon (FAX-1460 en FAX-1560)
Voor de luidsprekertelefoon en om berichten
op te nemen.
13 Antwoordapparaattoetsen
(FAX-1460 en FAX-1560)
Aan/Uit
Hiermee schakelt u het antwoordapparaat
in of uit. Knippert als er nieuwe berichten
binnen zijn.
Wissen
Verwijdert ingesproken/faxberichten.
Afspelen/Opnemen (FAX-1460)
Hiermee speelt u ingesproken berichten in
het geheugen af.
Afspelen (FAX-1560)
Hiermee speelt u ingesproken berichten in
het geheugen af.

6
2
Documenten laden 2
U kunt een fax verzenden en kopiëren vanuit
de ADF (automatische documentinvoer).
De ADF gebruiken 2
De ADF heeft een capaciteit van maximaal
20 vellen en voert het papier vel voor vel in.
Gebruik standaardpapier van 80 g/m2 en
waaier de stapel altijd door alvorens het
papier in de ADF te plaatsen.
Aanbevolen omgeving 2
Ondersteunde documentformaten 2
Documenten laden 2
VOORZICHTIG
Trek NIET aan het document wanneer het
doorschuift.
Gebruik GEEN omgekruld, verkreukeld,
gevouwen, gescheurd of geniet papier, en
ook geen papier met paperclips, lijm of
plakband.
Gebruik GEEN karton, krantenpapier of
stof.
Zorg dat in inkt geschreven documenten
helemaal droog zijn.
aOpen de documentsteun (1) en de
documentlade (2) en trek vervolgens het
verlengstuk (3) uit.
bBlader de stapel goed door. Leg uw
documenten met de bedrukte zijde
naar beneden en de bovenrand eerst
in de ADF tot u voelt dat ze de invoerrol
raken.
Documenten en papier laden 2
Temperatuur: 20 tot 30°C
Vochtigheid: 50% tot 70%
Papier: 80 g/m2A4 (20 lb LTR)
Lengte: 127 tot 355,6 mm
Breedte: 89 tot 215,9 mm
Gewicht: 64 tot 90 g/m2
1
2
3

Documenten en papier laden
7
2
cStel de papiergeleiders (1) in op de
breedte van uw documenten.
Scangebied 2
Hieronder wordt getoond welke gebieden van
het papier u niet kunt scannen.
Normaal papier
gebruiken 2
U kunt alleen normaal papier gebruiken.
Om de beste printkwaliteit te verkrijgen raden
wij u aan Brotherpapier te gebruiken. (Zie
onderstaande tabel.)
Als er in uw land geen Brotherpapier
beschikbaar is, raden wij u aan verschillende
soorten papier te testen voor u grote
hoeveelheden papier koopt.
Raak het afgedrukte oppervlak van het
papier niet aan vlak na het afdrukken; de
inkt kan nog nat zijn en op uw vingers
vlekken.
• Bewaar papier in de originele
verpakking en zorg dat deze gesloten
blijft. Bewaar het papier plat en
verwijderd van vocht, direct zonlicht,
en warmte.
Gebruik
Document
formaat
Bovenkant (1)
Onderkant (2)
Links (3)
Rechts (4)
Faxen Letter 3 mm 4 mm
A4 3 mm 3 mm
Kopiëren
Letter 3 mm 4 mm
A4 3 mm 3 mm
1
34
1
2
BrotherPapier
Papiersoort Item
A4 Plain BP60PA

Hoofdstuk 2
8
Onjuiste configuratie
Gebruik NOOIT de volgende typen papier:
• Papier dat beschadigd, gekruld of
gekreukt is of een onregelmatige vorm
heeft
1 2 mm of langer
• Hoogglanzend of uit een speciale
structuur bestaand papier
• Papier waarop al door een printer is
afgedrukt
• Papier dat niet netjes kan worden
gestapeld
• Breedlopend papier
Papiercapaciteit van de uitvoerlade
Maximaal 50 vel 20 lb Letter- of 80 g/m2 A4-
papier.
1
1

Documenten en papier laden
9
2
Het juiste afdrukmateriaal kiezen 2
Type en formaat papier voor elke functie 2
Gewicht, dikte en capaciteit van het papier 2
1Maximaal 50 vellen voor papier van Legal-formaat 80 g/m2 .
Maximaal 100 vellen papier van 80 g/m2 .
Papiersoort Papierformaat Gebruik
Faxen Kopiëren
Losse vellen Letter 216 × 279 mm Ja Ja
A4 210 × 297 mm Ja Ja
Legal 216 × 356 mm Ja Ja
Papiersoort Gewicht Dikte Aantal
vellen
Losse
vellen
Normaal
papier 64 tot 120 g/m2 0,08 tot 0,15 mm 100 1

Hoofdstuk 2
10
Papier laden 2
Papier laden 2
aAls de papiersteunklep (1) is
uitgetrokken, duwt u deze naar binnen
en trekt u de papierlade volledig uit de
machine. Open het deksel van de
uitvoerlade (2).
bHoud de ontgrendelknop (1) aan de
voorzijde van de papierlade ingedrukt
terwijl u de lade uitschuift op de lengte
van het papier dat u gebruikt.
cHoud de papiergeleiders voor de
breedte (1) en lengte (2) ingedrukt en
stel ze af op het formaat van het papier.
dBlader de stapel papier goed door om te
voorkomen dat papier vastloopt of
scheef wordt ingevoerd.
Opmerking
Gebruik nooit papier dat gekruld is.
ePlaats het papier voorzichtig in de
papierlade met de afdrukzijde naar
beneden en de bovenrand eerst.
Controleer of het papier vlak in de lade
ligt.
1
2
1
2
1

Hoofdstuk 2
12
Afdrukgebied 2
De onderstaande afbeelding toont het niet-bedrukbare gedeelte op losse vellen papier. Het grijs
gearceerde gebied kan niet worden bedrukt.
Losse vellen
Bovenkant (1) Onderkant (2) Links (3) Rechts (4)
Losse vellen 3 mm 3 mm 4 mm 4 mm
34
1
2

13
3
3
Energiebesparende
stand 3
Wanneer de machine inactief is, kunt u hem
in de energiebesparende stand zetten door
op de toets Spaarstand te drukken. In deze
stand kunt u nog steeds telefoontjes
ontvangen. Zie de tabel op pagina 14 voor
meer informatie over het ontvangen van
faxberichten in de energiebesparende stand.
Voor andere bewerkingen moet u de
energiebesparende stand opheffen.
Opmerking
Als u een externe telefoon of
antwoordapparaat hebt aangesloten,
blijven deze altijd beschikbaar.
De energiebesparende stand
instellen 3
aHoud de Spaarstand-toets ingedrukt
totdat op het LCD-scherm Afsluiten
wordt getoond.
Het lampje van het LCD-scherm gaat
uit.
De energiebesparende stand
uitschakelen 3
aDruk op de toets Spaarstand.
Opmerking
• De machine zal de printkop, zelfs als u de
machine in de energiebesparende stand
hebt gezet, toch nog af en toe reinigen om
de afdrukkwaliteit te handhaven.
• Als u de stekker uit het stopcontact hebt
gehaald, is de machine volledig
uitgeschakeld.
• U kunt de energiebesparende stand zo
instellen, dat behalve de automatische
printkopreiniging, geen bewerkingen
beschikbaar zijn. (Zie Energiebesparende
stand op pagina 13.)
Energiebesparende stand 3
U kunt de toets Spaarstand op de machine
aanpassen. De standaardinstelling is
Faxontv:Aan. Als de energiebesparende
stand is ingeschakeld, kan de machine dan
nog gewoon faxberichten en telefoontjes
ontvangen. Wanneer u niet wilt dat de
machine faxberichten of telefoontjes kan
ontvangen, moet u deze instelling op
Faxontv:Uit zetten. (Zie
Energiebesparende stand op pagina 13).
aDruk op Menu, 1, 5.
bDruk op a of b om Faxontv:Aan of
Faxontv:Uit te selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.
Algemene instellingen 3

Hoofdstuk 3
14
1U kunt geen faxberichten ontvangen door op Start te
drukken.
2(FAX-1360) U kunt telefoongesprekken aannemen
door de hoorn van de haak te nemen.
3FAX-1360
4(FAX-1355) U kunt faxen niet automatisch
ontvangen, zelfs niet als u de ontvangstmodus hebt
ingesteld op Fax/Telefoon.
5Schakel deze functie uit voordat u de machine
uitschakelt. 1U kunt geen faxberichten ontvangen door op Start te
drukken.
2U kunt telefoongesprekken aannemen door de hoorn
van de haak te nemen of de draadloze telefoon op te
nemen.
3FAX-1460
4(FAX-1560) U kunt faxen niet automatisch
ontvangen, zelfs niet als u de ontvangstmodus hebt
ingesteld op Fax/Telefoon.
5Schakel deze functie uit voordat u de machine
uitschakelt.
FAX-1355 en FAX-1360
Aan/Uit-
instellingen
Ontvangs
tmodus
Beschikbare
bewerkingen
Faxontv:
Aan
12
(fabrieks-
instelling)
Alleen
Fax
Fax/
Telefoon
3
Telefoon/
Beantw.
Faxontvangst
Fax waarnemen
Uitgesteld verzenden 5
Fax doorzenden 5
Fax opslaan 5
Afstandsbediening 5
Handmatig
Fax/
Telefoon
4
Fax waarnemen
Uitgesteld verzenden 5
Faxontv:
Uit
— Alleen de printkop
wordt gereinigd,
daarnaast zijn geen
bewerkingen
beschikbaar.
FAX-1460 en FAX-1560
Aan/Uit-
instellingen
Ontvangs
tmodus
Beschikbare
bewerkingen
Faxontv:
Aan
12
(fabrieks-
instelling)
Alleen Fax
Fax/
Telefoon
3
Faxontvangst
Fax waarnemen
Uitgesteld verzenden 5
Fax doorzenden 5
Fax opslaan 5
Afstandsbediening 5
Ant:ber.
centr.
Faxontvangst
Inkomende berichten
opnemen 5
Fax waarnemen
Uitgesteld verzenden 5
Fax doorzenden 5
Fax opslaan 5
Afstandsbediening 5
Handmatig
Fax/
Telefoon
4
Fax waarnemen
Uitgesteld verzenden 5
Faxontv:
Uit
— Alleen de printkop
wordt gereinigd,
daarnaast zijn geen
bewerkingen
beschikbaar.

Hoofdstuk 3
16
Volume, instellen 3
Belvolume 3
U kunt kiezen uit een aantal niveaus voor het
belvolume, van Hoog tot Uit.
Druk in de faxmodus op d of c
om het volumeniveau aan te passen. Op het
LCD-scherm wordt de huidige instelling
weergegeven en met elke druk op de toets
verschuift het volume één niveau. De
machine handhaaft de nieuwe instelling
totdat u deze weer wijzigt.
U kunt het volume ook via het menu wijzigen.
Ga hiervoor als volgt te werk:
Het belvolume instellen vanuit het
menu 3
aDruk op Menu, 1, 3, 1.
bDruk op a of b om Laag, Half, Hoog
of Uit te selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.
Volume van
waarschuwingstoon 3
Wanneer de waarschuwingstoon aanstaat
zal de machine een geluidssignaal geven
wanneer u een toets indrukt, een vergissing
maakt of een fax verzendt of ontvangt.
U kunt kiezen uit een aantal niveaus voor de
waarschuwingstoon: van Hoog tot Uit.
aDruk op Menu, 1, 3, 2.
bDruk op a of b om Laag, Half, Hoog
of Uit te selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.
Luidsprekervolume 3
U kunt kiezen uit een aantal volumeniveaus
voor de luidspreker: van Hoog tot Uit.
aDruk op Menu, 1, 3, 3.
bDruk op a of b om Laag, Half, Hoog
of Uit te selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.
(FAX-1460 en FAX-1560)
U kunt het volume van de luidspreker
aanpassen door op Luidspreker te drukken.
aDruk op Luidspreker.
bDruk op d of c .
Deze instellingen blijven van kracht
totdat u ze weer wijzigt.
cDruk op Luidspreker.
Opmerking
• U kunt het volume van de luidspreker ook
aanpassen terwijl u uitgaande of
inkomende berichten beluistert door op
d of c te drukken.
• Als u Luidspreker voor Inkomende
berichten op Uit zet (Menu, 2, 7, 3) wordt
de luidspreker uitgeschakeld en hoort u
niets wanneer er berichten worden
ingesproken. U kunt het volume voor
andere bewerkingen dan nog wel regelen
met behulp van d of c.

Algemene instellingen
17
3
Automatisch zomertijd
instellen 3
U kunt de machine zo instellen dat de
zomertijd automatisch wordt ingeschakeld.
De machine zal automatisch in de lente een
uur naar voren worden gezet en een uur terug
in de herfst. Zorg daarbij wel dat u de juiste
datum en tijd bij Datum/Tijd instelt.
aDruk op Menu, 1, 4.
bDruk op a of b om Aan of Uit te
selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.
LCD-scherm 3
Contrast van het LCD-scherm3
U kunt het contrast van het LCD-scherm
afstellen, zodat de weergave duidelijker
wordt. Wijzig de contrastinstellingen als het
LCD-scherm niet duidelijk leesbaar is.
aDruk op Menu, 1, 6.
bDruk op a of b om Licht of Donker te
selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.

18
4
Verzendslot
(FAX-1355 en
FAX-1360) 4
Met de functie Verzendslot voorkomt u dat
onbevoegden toegang krijgen tot de
machine.
U kunt uitgesteld verzenden of pollingtaken
niet voor een bepaald tijdstip instellen. Faxen
die vooraf zijn ingesteld om op een bepaald
tijdstip te worden verzonden, worden echter
verzonden zelfs als u Verzendslot hebt
ingeschakeld, en gaan dus niet verloren.
Wanneer Verzendslot is ingeschakeld, zijn de
volgende opties beschikbaar:
Faxen ontvangen
Inkomende gesprekken (FAX-1360)
Faxen doorzenden
(als de functie Fax Doorzenden is
ingeschakeld)
Opvragen vanaf een ander toestel
(als de functie Fax Opslaan is
ingeschakeld)
Wanneer Verzendslot is ingeschakeld, zijn de
volgende opties NIET beschikbaar:
Faxen verzenden
Kopiëren
Opmerking
Neem contact op met uw Brother-
leverancier voor onderhoud als u het
wachtwoord voor het verzendslot bent
vergeten.
Het wachtwoord voor het
verzendslot instellen en
wijzigen 4
Opmerking
Als u het wachtwoord al hebt ingesteld,
dient u het opnieuw in te stellen.
Wachtwoord instellen 4
aDruk op Menu, 2, 0, 1.
bToets een wachtwoord van vier cijfers
in.
Druk op OK.
cAls op het LCD-scherm Nogmaals:
wordt weergegeven, voert u het
wachtwoord opnieuw in.
Druk op OK.
dDruk op Stop/Eindigen.
Het wachtwoord voor het verzendslot
wijzigen 4
aDruk op Menu, 2, 0, 1.
bDruk op a of b om Wachtwoord te
selecteren.
Druk op OK.
cToets een wachtwoord van vier cijfers
in.
Druk op OK.
dToets een viercijferig getal als een
nieuw wachtwoord in.
Druk op OK.
eAls op het LCD-scherm Nogmaals:
wordt weergegeven, voert u het
wachtwoord opnieuw in.
Druk op OK.
Beveiligingsfuncties 4

Hoofdstuk 4
20
Het wachtwoord voor
geheugenbeveiliging
instellen en wijzigen 4
Opmerking
Als u het wachtwoord al hebt ingesteld,
dient u het opnieuw in te stellen.
Een wachtwoord voor de eerste keer
instellen 4
aDruk op Menu, 2, 0, 1.
bToets een wachtwoord van vier cijfers
in.
Druk op OK.
cAls op het LCD-scherm Nogmaals:
wordt weergegeven, voert u het
wachtwoord opnieuw in.
Druk op OK.
dDruk op Stop/Eindigen.
Het wachtwoord voor
geheugenbeveiliging wijzigen 4
aDruk op Menu, 2, 0, 1.
bDruk op a of b om Wachtwoord te
selecteren.
Druk op OK.
cToets een wachtwoord van vier cijfers
in.
Druk op OK.
dToets een viercijferig getal als een
nieuw wachtwoord in.
Druk op OK.
eAls op het LCD-scherm Nogmaals:
wordt weergegeven, voert u het
wachtwoord opnieuw in.
Druk op OK.
fDruk op Stop/Eindigen.
Geheugenbeveiliging in-
/uitschakelen 4
Als u een onjuist wachtwoord invoert tijdens
het uitvoeren van onderstaande instructies,
wordt op het LCD-scherm
Fout wachtwoord weergegeven. U kunt nu
het juiste wachtwoord invoeren.
Geheugenbeveiliging inschakelen 4
aDruk op Menu, 2, 0, 1.
bDruk op a of b om
Stel beveilig in te selecteren.
Druk op OK.
cToets een wachtwoord van vier cijfers
in.
Druk op OK.
dDe machine gaat offline en op het LCD-
scherm wordt Beveiligingsmode
weergegeven.
Opmerking
Als zich een stroomstoring voordoet,
blijven de gegevens maximaal 24 uur in
het geheugen behouden.
Geheugenbeveiliging uitschakelen 4
aDruk op Menu.
bVoer het wachtwoord van 4 cijfers in.
Druk op OK.
Geheugenbeveiliging wordt
automatisch uitgeschakeld.
Opmerking
Wanneer u een verkeerd wachtwoord
invoert, geeft het LCD-scherm
Fout wachtwoord weer en blijft de
machine offline. Geheugenbeveiliging
blijft ingeschakeld totdat het correcte
wachtwoord is ingevoerd.

22
5
Faxmodus instellen 5
Om de faxmodus in te schakelen, drukt u op
(Fax). De toets wordt groen verlicht.
Faxen verzenden vanuit de
ADF 5
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bPlaats het document met de bedrukte
zijde naar beneden in de ADF.
cKies het faxnummer.
dDruk op Start.
De machine begint het document te
scannen.
Opmerking
• Druk op Stop/Eindigen om het scannen
te annuleren.
• Als het geheugen vol is, wordt het
document direct verzonden.
Een fax annuleren 5
Als u een fax wilt annuleren terwijl de
machine aan het scannen, kiezen of
verzenden is, drukt u op Stop/Eindigen.
Groepsverzenden 5
Met de functie Groepsverzenden u één
faxbericht automatisch naar verscheidene
faxnummers verzenden. U kunt een fax naar
groepen, ééntoetsnummers,
snelkiesnummers en maximaal 50 met de
hand gekozen nummers tegelijk versturen
Nadat het rondsturen is voltooid, wordt een
rapport afgedrukt.
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bHet document laden.
cToets een nummer in. Druk op OK.
U kunt een ééntoetsnummer, een
snelkiesnummer, een groep of een
handmatig ingevoerd nummer
gebruiken.
dHerhaal stap c totdat u alle
faxnummers hebt ingevoerd waarnaar u
een fax wilt verzenden.
eDruk op Start.
Opmerking
• Als u geen locaties voor groepsnummers
gebruikt, kunt u naar maximaal 160
verschillende nummers faxen.
• Hoeveel geheugen er beschikbaar is,
hangt echter af van de opdrachten die in
het geheugen zijn opgeslagen en van het
aantal nummers waarnaar u de fax stuurt.
Als u de fax naar het maximale aantal
nummers probeert te sturen, kunt u de
tweevoudige werking niet gebruiken.
• Als het geheugen vol is, drukt u op
Stop/Eindigen om de opdracht te
stoppen. Als al meerdere pagina's zijn
gescand, drukt u op Start om het gedeelte
dat zich in het geheugen bevindt te
verzenden.
Een fax verzenden 5

Een fax verzenden
23
5
Een groepsverzending
annuleren 5
aDruk op Menu, 2, 6.
Op het LCD-scherm wordt het gekozen
faxnummer weergegeven.
bDruk op OK.
Op het LCD-scherm verschijnt het
taaknummer:
XXXXXXXXX
1.Wis 2.Stop
cDruk op 1 om te wissen.
Op het LCD-scherm wordt vervolgens
het taaknummer van de fax en
1.Wis 2.Stop weergegeven.
dDruk op 1 om het groepsverzenden te
annuleren.
eDruk op Stop/Eindigen.
Extra handelingen bij
het verzenden 5
Faxen met meer instellingen
verzenden 5
Wanneer u een fax gaat verzenden, kunt u
een combinatie van de volgende instellingen
kiezen: resolutie, contrast, internationale
modus en direct verzenden.
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bHet document laden.
cKies een instelling die u wilt wijzigen.
Druk op OK.
dKies een van de onderstaande opties:
Volgende
1.Ja 2.Nee
Druk op 1 om een volgende instelling
te wijzigen.
Druk op 2 wanneer u klaar bent met
het wijzigen van de instellingen.
eVerzend de fax op de gebruikelijke
manier.
Contrast 5
Als uw document erg licht of erg donker is,
kunt u proberen het contrast aan te passen.
Voor de meeste documenten kan de
standaardinstelling Auto worden gebruikt.
Hiermee wordt automatisch het juiste
contrast voor uw document gekozen.
Gebruik Licht voor het verzenden van een
licht document.
Gebruik Donker voor het verzenden van een
donker document.

Een fax verzenden
25
5
Direct verzenden 5
Als u een fax gaat verzenden, zal de machine
het document eerst in het geheugen scannen
alvorens te gaan verzenden. Vervolgens
begint de machine, zodra de telefoonlijn vrij
is, met kiezen en verzenden.
Als het geheugen vol is, zal de machine het
document direct verzenden (zelfs als
Direct Verzend is ingesteld op Uit).
Soms wilt u een belangrijk document
onmiddellijk verzenden, zonder te wachten
totdat het vanuit het geheugen wordt
verzonden. U kunt Direct Verzend
instellen op Aan voor alle documenten of
Alleen volg.fax voor alleen de volgende
fax.
Direct verzenden van alle faxen 5
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bDruk op Menu, 2, 2, 5.
5.Direct Verzend
Direct Verz.:Aan
cDruk op a of b om
Direct Verz.:Aan (of
Direct Verz.:Uit) te selecteren.
Druk op OK.
Alleen direct verzenden van de
volgende fax 5
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bHet document laden.
cDruk op Menu, 2, 2, 5.
dDruk op a of b om Alleen volg.fax
te selecteren. Druk op OK.
eDruk op a of b om
Volgende Fax:Aan (of
Volgende Fax:Uit) te selecteren.
Druk op OK.
Internationale modus 5
Als u problemen hebt met het internationaal
verzenden, bijvoorbeeld vanwege ruis op de
lijn, is het raadzaam om de internationale
stand te activeren. Nadat u een fax in deze
modus hebt verzonden, wordt deze functie
vanzelf weer uitgeschakeld.
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bHet document laden.
cDruk op Menu, 2, 2, 7.
dDruk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren.
Druk op OK.
Uitgesteld verzenden 5
U kunt 50 faxberichten maximaal 24uur in het
geheugen opslaan om ze later te verzenden.
Deze faxen worden verzonden op het tijdstip
dat u in stap d specificeert.
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bHet document laden.
cDruk op Menu, 2, 2, 3.
3.Tijdklok
dVoer een van de volgende handelingen
uit:
Druk op OK om de weergegeven tijd
te accepteren.
Voer in 24-uurformaat in om hoe laat
de fax moet worden verzonden.
(Voor kwart voor acht 's avonds voert
u bijvoorbeeld 19:45 in.)
Druk op OK.
1.Doc 2.Geheugen

Een fax verzenden
27
5
Een fax verzenden aan het
einde van het gesprek 5
Aan het einde van een gesprek kunt u een fax
naar de andere partij verzenden voordat u
beiden hebt opgehangen.
aVraag de andere partij te wachten op de
faxtonen (piepjes) en op de start- of
verzendtoets te drukken alvorens op te
hangen.
bControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
cLaad het document.
dDruk op Start.
ePlaats de hoorn terug als u deze van de
haak hebt opgenomen.
De melding Geheugen vol 5
Als de melding Geheugen vol verschijnt
terwijl de eerste pagina van een faxbericht
wordt gescand, drukt u op Stop/Eindigen om
de fax te annuleren.
Als de melding Geheugen vol verschijnt
terwijl een volgende pagina wordt gescand,
kunt u op Start drukken om de reeds
gescande pagina's te verzenden of op
Stop/Eindigen om de bewerking te
annuleren.
Opmerking
Als de melding Geheugen vol verschijnt
tijdens het faxen en u de opgeslagen
faxen niet wilt verwijderen om geheugen
vrij te maken, kunt u de fax direct
verzenden zonder deze eerst in het
geheugen op te slaan. (Zie Direct
verzenden op pagina 25.)

28
6
Ontvangstmodi 6
U moet een ontvangstmodus kiezen afhankelijk van de externe apparaten en telefoondiensten die
op uw lijn zijn aangesloten.
De ontvangstmodus kiezen 6
Uw machine ontvangt standaard automatisch alle faxberichten die naar de machine worden
verzonden. Het onderstaande schema helpt u bij het kiezen van de juiste modus.
Zie pagina 47 voor de configuratie van het digitale antwoordapparaat.
Meer informatie over de ontvangstmodus vindt u Zie pagina 30.
FAX-1355 en FAX-1360 6
Faxberichten ontvangen 6
Wilt u de telefoonfuncties van uw machine gebruiken (indien beschikbaar) of een
extern telefoontoestel of antwoordapparaat aangesloten op dezelfde lijn als de
machine?
Ja
Alleen Fax
Nee
Nee
Nee
Handmatig
Ja
Telefoon/Beantw.
Fax/Telefoon
Gebruikt u de functie voor voicemail van een
extern antwoordapparaat?
Wilt u dat de machine faxoproepen en
telefoongesprekken automatisch opneemt?
Ja

Faxberichten ontvangen
29
6
FAX-1460 en FAX-1560 6
De ontvangstmodus selecteren of
wijzigen 6
aDruk op Menu, 0, 1.
bDruk op a of b om Alleen Fax,
Fax/Telefoon, Telefoon/Beantw.
(FAX-1355 en FAX-1360) of
Handmatig te selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.
Op het LCD-scherm wordt de huidige
ontvangstmodus weergegeven.
1 Huidige ontvangstmodus
Fax: Alleen Fax
Wilt u de telefoonfuncties van uw machine gebruiken (indien beschikbaar) of een
extern telefoontoestel of antwoordapparaat aangesloten op dezelfde lijn als de
machine?
Ja
Alleen Fax
Nee
Ja Nee
Nee
Handmatig
Ja
Fax/Telefoon
Gebruikt u de functie voor voicemail van een extern
antwoordapparaat?
Wilt u dat de machine faxoproepen en
telefoongesprekken automatisch opneemt?
Zie Digitaal ANTW.APP.
Nee Ja
* Wij raden u aan Fax Waarnemen op Aan te zetten.
Handmatig*
Gebruikt u het ingebouwde Digitaal ANTW.APP.?
12/10 11:53 Fax12/10 11:53 Fax
1

Hoofdstuk 6
32
Fax waarnemen 6
Als Fax waarnemen is ingesteld op
Aan:6
De machine ontvangt faxberichten
automatisch, zelfs als u de hoorn van de
machine hebt opgenomen of op Luidspreker
drukt of de hoorn van een tweede of extern
toestel hebt opgenomen. Zodra u
Ontvangst op het LCD-scherm ziet of als u
scherpe piepjes hoort door de hoorn van een
tweede telefoontoestel dat op een ander
contact is aangesloten, plaatst u de hoorn
terug. Uw machine doet de rest.
Als Fax waarnemen is ingesteld op
Half:
(niet voor FAX-1355) 6
Faxoproepen worden alleen automatisch op
de machine ontvangen als u deze
beantwoordt door de hoorn van de machine,
de draadloze telefoon of de Luidspreker op
te nemen. Als u de oproep op een tweede
toestel hebt aangenomen, drukt u op l 5 1.
(Zie Werken met een tweede
toestel op pagina 41.)
Als Fax waarnemen is ingesteld op
Uit:6
Als u zich bij de machine bevindt en een
faxoproep beantwoordt door de hoorn van de
haak te nemen, drukt u op Start.
Als u niet in de buurt van de machine bent,
drukt u op l 5 1 op het tweede
telefoontoestel. (Zie Werken met een tweede
toestel op pagina 41.)
Opmerking
• Als deze functie is ingesteld op Aan, maar
de machine de faxoproep niet overneemt
als u de hoorn van een extern of tweede
toestel opneemt, moet u de
faxontvangstcode l 5 1 intoetsen. Als u
zich bij de machine bevindt, drukt u op
Start.
• Als u faxen verzendt vanaf een computer
die op dezelfde telefoonlijn is aangesloten
en de machine de faxen onderschept,
moet u Fax waarnemen instellen op Uit.
• (alleen FAX-1560)
Als u de draadloze telefoon meestal bij u
hebt, verdient het aanbeveling Fax
waarnemen in te schakelen. Als Fax
waarnemen is uitgeschakeld en u een
faxoproep aanneemt, moet u naar de
machine gaan en op Start drukken.
aDruk op Menu, 2, 1, 3.
bDruk op a of b om Aan, Half (niet voor
FAX-1355) of Uit te selecteren.
Druk op OK.
cDruk op Stop/Eindigen.

Hoofdstuk 7
42
Codes voor
afstandsbediening gebruiken 7
Faxontvangstcode 7
Als u een faxoproep aanneemt op een
tweede of extern telefoontoestel, kunt u de
machine opdracht geven deze te ontvangen
door de faxontvangstcode l5 1 te kiezen.
Zodra u het tsjirpende geluid hoort, kunt u de
hoorn neerleggen. (Zie Fax
waarnemen op pagina 32.) De beller dient op
Start te drukken om de fax te verzenden.
Code voor het aannemen van de
telefoon 7
Als u een telefoongesprek binnenkrijgt en de
machine zich in de F/T-modus bevindt, hoort
u het dubbele belsignaal na de eerste
belvertraging. Als u een oproep aanneemt op
een tweede toestel, kunt u het dubbele
belsignaal uitschakelen door op #5 1 te
drukken (druk hierop tussen de beltonen in).
De codes voor afstandsbediening
wijzigen 7
Als u activeren of afstand wilt gebruiken,
moet u de vereiste codes inschakelen. De
voorgeprogrammeerde faxontvangstcode is
l 5 1. De voorgeprogrammeerde code voor
het aannemen van de telefoon is # 5 1. Indien
gewenst, kunt u deze codes wijzigen.
aDruk op Menu, 2, 1, 4.
1.Ontvangstmenu
4.Code Op Afst.
bDruk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren.
Druk op OK.
cVoer de nieuwe Faxontvangstcode in.
Druk op OK.
dVoer de nieuwe Code voor aannemen
van de telefoon in.
Druk op OK.
eDruk op Stop/Eindigen.
Opmerking
• Als de verbinding telkens wordt verbroken
wanneer u probeert om vanaf een ander
toestel toegang te krijgen tot uw
antwoordapparaat, is het raadzaam om
een andere driecijferige faxontvangstcode
en een andere driecijferige code om de
telefoon aan te nemen te kiezen met de
cijfers 0-9, l, #.
• Codes voor afstandsbediening werken
mogelijk niet met alle telefoonsystemen.

43
8
8
Nummers kiezen 8
Handmatig kiezen 8
Toets alle nummers van het faxnummer in.
Eéntoetsnummers kiezen 8
Druk op de éénkiestoets waaronder het
nummer is opgeslagen dat u wilt bellen.
Om de ééntoetsnummers 6 tot 10 te kiezen,
houdt u Shift ingedrukt terwijl u op de
éénkiestoets drukt.
Snelkiezen 8
aDruk op Zoeken/Snelkiezen, de #
(hekje)-toets en vervolgens op het
tweecijferige snelkiesnummer.
Opmerking
Als op het LCD-scherm
Niet toegewezen wordt weergegeven
bij het invoeren van een ééntoetsnummer
of een snelkiesnummer, is er geen
telefoonnummer opgeslagen onder dit
nummer.
Kiezen en nummers opslaan 8
Tweecijferig nummer

Kiezen en nummers opslaan
45
8
Eéntoetsnummers opslaan 8
Uw machine heeft 5 éénkiestoetsen
waaronder u 10 fax- of telefoonnummers voor
automatisch kiezen kunt opslaan. Om de
nummers 6 tot 10 in te voeren, houdt u Shift
ingedrukt terwijl u op de éénkiestoets drukt.
aDruk op Menu, 2, 3, 1.
bDruk op het ééntoetsnummer
waaronder u het nummer wilt opslaan.
cToets het nummer in (maximaal 20
cijfers). Druk op OK.
dVoer een van de volgende handelingen
uit:
Toets de naam in via de kiestoetsen
(maximaal 16 tekens). (Zie Tekst
invoeren op pagina 105 voor hulp bij
het invoeren van de letters.)
Druk op OK.
Om het nummer op te slaan zonder
naam, drukt u op OK.
eVoer een van de volgende handelingen
uit:
Ga naar stap b om nog een
ééntoetsnummer op te slaan.
Druk op Stop/Eindigen om het
opslaan van ééntoetsnummers te
beëindigen.
Snelkiesnummers opslaan 8
U kunt maximaal 100 tweecijferige
snelkiesnummers met een naam opslaan.
Voor het kiezen van een nummer hoeft u dan
slechts op een paar toetsen te drukken
(bijvoorbeeld: Zoeken/Snelkiezen, #, het
tweecijferige nummer en Start).
aDruk op Menu, 2, 3, 2.
bGebruik de kiestoetsen om een
tweecijferige snelkieslocatie (00-99) in
te voeren.
Druk op OK.
cToets het faxnummer in (maximaal 20
cijfers).
Druk op OK.
dVoer een van de volgende handelingen
uit:
Toets de naam in via de kiestoetsen
(maximaal 16 tekens).
Druk op OK. (Zie Tekst
invoeren op pagina 105 voor hulp bij
het invoeren van de letters.)
Om het nummer op te slaan zonder
naam, drukt u op OK.
eVoer een van de volgende handelingen
uit:
Ga naar stap b om nog een
snelkiesnummer op te slaan.
Druk op Stop/Eindigen als u klaar
bent.
Eéntoetsnummers en
snelkiesnummers wijzigen 8
Als u een ééntoetsnummer of
snelkiesnummer probeert op te slaan
waaronder al een nummer is opgeslagen,
wordt op het LCD-scherm de opgeslagen
naam of het nummer weergegeven en wordt
u gevraagd een van de volgende
handelingen uit te voeren:
Druk op 1 om het opgeslagen nummer te
wijzigen.
#05:MIKE
1.Wijzig 2.Stop
Druk op 2 om af te sluiten zonder
wijzigingen door te voeren.
Als u 1 hebt geselecteerd, kunt u het
opgeslagen nummer en de naam wijzigen of
een nieuw nummer of nieuwe naam invoeren.
Ga als volgt te werk:
aToets een nieuw nummer in. Druk op
OK.
bToets een nieuwe naam in. Druk op OK.
Als u een teken wilt wijzigen, drukt u op d
of c om de cursor onder het teken te
plaatsen dat u wilt wijzigen en drukt u op
Wis/terug. U kunt nu het juiste teken
invoeren.

Hoofdstuk 8
46
Groepen voor rondsturen
instellen 8
Als u regelmatig hetzelfde faxbericht naar
een groot aantal faxnummers wilt verzenden,
kunt u een groep instellen. Groepen worden
opgeslagen onder een éénkiestoets of een
snelkiesnummer. Elke groep gebruikt een
éénkiestoets of een snelkiesnummer. U kunt
het faxbericht naar alle nummers sturen die in
een groep zijn opgeslagen door op een
éénkiestoets te drukken of een
snelkiesnummer in te toetsen en vervolgens
op Start te drukken.
Voordat u nummers aan een groep kunt
toevoegen, dient u deze als
ééntoetsnummers of snelkiesnummers op te
slaan. U kunt maximaal zes kleine groepen
instellen of maximaal 99 nummers aan één
grote groep toewijzen.
aDruk op Menu, 2, 3, 3.
3.Groep instell.
bKies een lege locatie waaronder u de
groep wilt opslaan en ga op een van de
volgende manieren te werk:
Druk op een éénkiestoets.
Druk op Zoeken/Snelkiezen en voer
een tweecijferige locatie in.
Druk op OK.
cGebruik de kiestoetsen om een
groepsnummer (1 tot 6) in te voeren.
Druk op OK.
Groep instel:G01
dOm éénkiesnummers of
snelkiesnummers toe te voegen, gaat u
als volgt te werk:
Druk één voor één op de
éénkiestoetsen om een
éénkiesnummer te kiezen.
Druk op Zoeken/Snelkiezen en
vervolgens op het snelkiesnummer
om een snelkiesnummer te kiezen.
Op het LCD-scherm worden uw
gekozen ééntoetsnummers
weergegeven met een l en de
snelkiesnummers met een #
(bijvoorbeeld l06, #09).
G01:l06 #09
eDruk op OK wanneer u klaar bent met
het toevoegen van nummers.
fGebruik de kiestoetsen om een naam
voor de groep in te toetsen.
Druk op OK.
gDruk op Stop/Eindigen.
Opmerking
U kunt eenvoudig een lijst van alle
snelkiesnummers afdrukken. Nummers
die deel uitmaken van een groep worden
in de kolom GROEP gemarkeerd. (Zie
Een rapport afdrukken op pagina 59.)
Snelkiesnummers
combineren 8
U kunt meerdere snelkiesnummers
combineren bij het kiezen van nummers.
Deze functie kan handig zijn wanneer u een
toegangscode moet intoetsen om een andere
provider te gebruiken voor een goedkoper
interlokaal tarief.
U hebt bijvoorbeeld ‘555 ’ opgeslagen onder
snelkiesnummer #03 en ‘7000 ’ onder
snelkiesnummer #02. U kunt beide
snelkiesnummers gebruiken om ‘555-7000 ’
te kiezen, als u op de volgende toetsen drukt:
Zoeken/Snelkiezen, #03,
Zoeken/Snelkiezen, #02 en Start.
U kunt de nummers handmatig toevoegen via
de kiestoetsen:
Zoeken/Snelkiezen, #03, 7, 0, 0, 1 (via de
kiestoetsen) en Start.
Hiermee kiest u ‘555-7001 ’. U kunt ook een
pauze toevoegen door op de toets
Herkies/Pauze te drukken.

Hoofdstuk 9
48
Het uitgaande bericht beluisteren 9
aDruk op Menu, 2, 7, 1.
bDruk op a of b om Beantw. Bericht
of F/T Bericht te selecteren en druk
dan op OK.
cDruk op a of b om Boodschap afsp.
te selecteren. Druk op OK.
dDruk op Stop/Eindigen.
Het uitgaande bericht wissen 9
aDruk op Menu, 2, 7, 1.
bDruk op a of b om Beantw. Bericht
of F/T Bericht te selecteren en druk
dan op OK.
cDruk op a of b om Wis boodschap te
selecteren. Druk op OK.
dVoer een van de volgende handelingen
uit:
Druk op 1 om het uitgaande bericht
te wissen.
Druk op 2 om af te sluiten zonder te
wissen.
eDruk op Stop/Eindigen.
Uitgaand bericht fax/telefoon 9
Als de machine is ingesteld op de
ontvangstmodus Fax/Tel, wordt het bericht
afgespeeld voor de beller. In tegenstelling tot
het uitgaande bericht van het antwoordapparaat
kan de beller geen bericht achterlaten. Het doel
van het uitgaande bericht in de Fax/Tel-modus
is de beller te laten weten dat het gesprek
spoedig wordt beantwoord.
Volg de instructies op pagina 47 om een
uitgaand bericht in de Fax/Tel-modus op te
nemen. Zie Ontvangstmodi op pagina 28
voor het instellen van de ontvangstmodus
Fax/Tel.
Het geheugen van het
antwoordapparaat activeren 9
Wanneer de knop brandt, is de
antwoordapparaatmodus actief. Druk op
om de antwoordapparaatmodus te
activeren.

Digitaal antwoordapparaat (FAX-1460 en FAX-1560)
49
9
Berichten beheren 9
Berichtenindicator 9
De knop knippert als er nieuwe berichten
binnen zijn. Op het LCD-scherm wordt het
aantal ingesproken berichten en faxberichten
weergegeven dat in het geheugen van het
antwoordapparaat is opgeslagen.
Spraak03 Fax:00
Faxberichten worden alleen opgeslagen
wanneer de functie Fax opslaan is
ingeschakeld. Om de functie Fax opslaan in
te schakelen, drukt u op Menu 2, 5, 1.
Ingesproken berichten
afspelen 9
Alle berichten worden in volgorde van
binnenkomst afgespeeld. Op het LCD-
scherm wordt het huidige aantal berichten
met de tijd en datum van binnenkomst
weergegeven. Volg de onderstaande
stappen om de berichten te beluisteren:
aDruk op Afspelen/Opnemen of
Afspelen.
Tijdens het afspelen van berichten zijn
de volgende commando's beschikbaar:
bDruk op Stop/Eindigen.
Faxberichten afdrukken 9
Zodra u een nieuw faxbericht uit het
geheugen hebt afgedrukt, wordt het bericht
automatisch uit het geheugen verwijderd.
aDruk op Afspelen/Opnemen of
Afspelen. Na twee seconden worden
de berichten afgespeeld.
bAls de functie Fax opslaan is
ingeschakeld en er zich faxberichten in
het geheugen bevinden, wordt het
volgende weergegeven op het LCD-
scherm:
Print document
1.Ja 2.Nee
cVoer een van de volgende handelingen
uit:
Druk op 1 om uw faxen af te drukken.
Druk op 2 om af te sluiten zonder af
te drukken.
Ingekomen berichten wissen 9
Ingesproken berichten afzonderlijk
wissen 9
aDruk op Afspelen/Opnemen of
Afspelen.
Er klinkt één lange toon van 2 seconden
en de berichten worden afgespeeld. Elk
bericht wordt voorafgegaan door één
lange toon en gevolgd door twee korte
piepjes.
bAls u een bepaald bericht wilt wissen,
drukt u tijdens het afspelen van het
bericht of onmiddellijk na de twee korte
piepjes op Wissen.
l Hiermee herhaalt u een
bericht
# Hiermee gaat u naar het
volgende bericht
of
Hiermee past u het volume aan

Pollen
61
12
Opeenvolgend pollen 12
Met Opeenvolgend pollen kunt u in één
bewerking documenten op verschillende
faxmachines opvragen.
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bDruk op Menu, 2, 1, 7.
7.Ontvang Pollen
cDruk op a of b om Stand., Beveilig
of Tijdklok te selecteren.
Druk op OK.
dVoer een van de volgende handelingen
uit:
Als u Stand. hebt geselecteerd,
gaat u naar stap e.
Als u Beveilig hebt geselecteerd,
voert u een viercijferig nummer in,
drukt u op OK en gaat u naar stap e.
Als u Tijdklok hebt geselecteerd,
voert u in 24-uurformaat in hoe laat u
wilt pollen en drukt u op OK. Ga
vervolgens naar stap e.
eGeef de doel faxmachines op waarnaar
u wilt pollen door middel van een
ééntoetsnummer, snelkiesnummer,
zoeken, een groep of de kiestoetsen.
Druk tussen elke locatie op OK.
fDruk op Start.
Elk nummer of elk groepsnummer wordt
op volgorde gekozen en de documenten
worden op de betreffende faxmachines
opgevraagd.
Druk op Stop/Eindigen terwijl de machine
een nummer kiest om de huidige pollingtaak
te annuleren.
Zie Taken in wachtrij controleren en
annuleren op pagina 26 om alle
opeenvolgende pollingtaken te annuleren.
Verzend pollen 12
Als u Verzend pollen instelt, wacht de
machine met een document in de invoer
totdat een andere faxmachine de machine
belt en het document opvraagt.
Verzend pollen instellen 12
aControleer of de faxmodus is
ingeschakeld.
bHet document laden.
cDruk op Menu, 2, 2, 6.
6.Verzend Pollen
dDruk op a of b om Stand. te
selecteren.
Druk op OK.
1.Doc 2.Geheugen
eVoer een van de volgende handelingen
uit:
Druk op 1 om een document in de
ADF te laten.
Als u de ADF wilt gebruiken voordat
het pollen is uitgevoerd, moet u de
taak annuleren.
Druk op 2 om het document in het
geheugen te scannen.
fOp het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven.
Volgende
1.Ja 2.Nee
gDruk op 2 en vervolgens op Start.
Produktspecifikationer
Varumärke: | Brother |
Kategori: | Fax |
Modell: | FAX-1460 Fax |
Behöver du hjälp?
Om du behöver hjälp med Brother FAX-1460 Fax ställ en fråga nedan och andra användare kommer att svara dig
Fax Brother Manualer

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024

15 September 2024
Fax Manualer
- Fax Samsung
- Fax HP
- Fax Panasonic
- Fax Toshiba
- Fax Canon
- Fax Sagem
- Fax Belgacom
- Fax Ricoh
- Fax Possio
- Fax Nashuatec
- Fax Telekom
Nyaste Fax Manualer

21 Oktober 2024

21 Oktober 2024

15 September 2024

14 September 2024

14 September 2024

14 September 2024

14 September 2024

14 September 2024

14 September 2024

13 September 2024